M.S. Ostara overvaren

Vandaag worden wij met zijn vieren gebracht naar Ridderkerk en gaan we aan boord van het motorschip Ostara. Na het afhandelen van de laatste zaken zijn wij de troste nieuwe eigenaars! De motor wordt gestart, de lijnen losgemaakt, het is allemaal best spannend. Een andere boot, andere vaareigenschappen, er is weinig meer hetzelfde als op onze vertrouwde Brugal. Maar met veel zin zeggen we de oude eigenaar gedag en beginnen we met vol goede moed aan de reis naar onze thuishaven.

Het is een boot die ten opzichte van de Brugal een aantal voordelen heeft. De belangrijkste zijn dat deze boot deuren heeft aan de zijkanten en er is geen doek meer, er is een ruimer achterdek waar we kunnen zitten, en kunnen sturen en de boot is in zijn geheel net wat ruimer met meer opbergmogelijkheden. Naast de voordelen zijn er natuurlijk ook nadelen. De bovenkant van de boot is van buiten slecht onderhouden, de verf bladdert en overal zitten wel roestplekken aan de oppervlakte. Datzelfde geldt ook voor alle houtwerk buiten. Binnen ziet het er wel netjes uit, wel vochtplekken bij de keuken, een stukje slecht hout op een paar plekken, een niet-werkende buitenbediening in de achteruit, en wat verlichting werkt niet, maar dit is allemaal wel te overzien.

We zetten koers over de Noord richting Dordrecht. Na het passeren van een paar ‘grote jongens’ wordt wel duidelijk dat het schip vrij stabiel ligt en dat vaart natuurlijk fijn. Op mijn nieuwe handmarifoon meld ik mij aan bij de Sector Dordrecht en geef mijn route aan. Het is op dit stukje vrij rustig, dat vinden wij met een ‘nieuwe boot’ natuurlijk niet zo erg.

We naderen Dordrecht en varen achter de beroepsvaart langs over bakboord, en varen zo door naar de Wantij. Dit is een rustig stukje, en het begin van de Sliedrechtse Biesbosch. Na de spoorbrug gaan we bakboord uit en komen uit in de Moldiep. Rustig varend want hier is het niet zo diep. Even goed manoeuvreren, het is gelijk al een goede oefening. De dieptemeter is nieuw voor mij maar die kwam nu mooi van pas. Na een paar scherpe bochtjes komen we aan bij de steiger aan de Moldiep. Hier leg ik de boot aan de kant. Wat is dat toch fijn die boegschroef. Nooit mee gewerkt maar nu toch even proberen. Die bevalt nu al goed.

Maar dan begint het. Wanneer de waterpomp voor het kraanwater wordt aangezet dan kwam er water uit de geiser druppelen. Die druppels werden daarna een straaltje, en toen we aan de steiger lagen werd dat een hele waterval. Gelukkig had ik wat gereedschap meegenomen want je weet het maar nooit. De pomp snel weer uitgezet en de geiser open geschroefd. Na wat speurwerk blijkt dat er een pakking op de wateraansluiting los is en daar het water tussenuit spuit. Omdat ik niks kan vinden om de aanvoer af te sluiten of af te doppen besluiten we om het maar zo te laten en er thuis naar te kijken. Dan maar geen water onderweg, het is niet anders. Ondertussen heb ik hier vrij veel tijd aan verloren dat we de de sluis niet meer gaan halen. Dus moeten we nog een dik uur wachten. Maar de kinderen kunnen dan nog lekker even spelen en schommelen op de kant, en ik kan het één en ander droog maken en terug schroeven. Dan is er voor ons ook nog even tijd om even rustig te zitten en te genieten van het zonnetje en de rust.

De tijd gaat verder en we maken ons klaar voor vertrek. We varen de Moldiep verder af door het rustige natuurgebied. Een het einde stuurboord uit en we komen bij de Ottersluis. Hier moeten we even wachten en daarna varen we naar binnen. We worden geschut en komen op de Nieuwe Merwede. Even een paar grote jongens tussendoor en na korte tijd steken we over naar de Spieringsluis. Hier worden we geschut en we vervolgen onze weg  de Brabantse Biesbosch. Via het Gat van den Hardenhoek varen we richting het Noordergat van de Visschen, draaien daar en gaan langs de Rietplaat, door naar de Ruigt. Dit is voor ons weer bekend terrein en voelen ons al weer thuis.

We varen op het gemak want we hebben geen haast. Maar als we op het Steurgat naar het zuiden draaien merk ik dat de zon al aardig laag staat. De navigatieverlichting maar alvast aangezet, maar bij controle blijkt er maar 1 lamp te werken. Oei, dat is niet voorzien. Omdat we pas later door de sluizen konden zijn we wel 2 uur later dan de bedoeling en hebben we geen rekening gehouden dat het toch iets eerder donker wordt dan in de zomermaanden. Na even rekenen besluit ik om er maar een stukje gas bij te geven en met wat hogere snelheid over het Steurgat naar de Spijkerboor te varen. Het idee om nog even de Aakvlaai aan te doen hadden we al laten varen, dus snel door. Net als de zon onder is in de schemering steken we de Amer over. Het gas mag er nu weer af, het laatste stukje op de Donge is nu niet zo spannend meer. We naderen de thuishaven en mogen aanmeren aan de passantensteiger. Dat is makkelijker dan achteruit in de box. Het lukt ook in 1 keer om de boot netjes aan de kant te leggen en voor ik het weet liggen we vast en kan de motor worden uitgeschakeld. We zij veilig aangekomen op onze thuishaven en hebben een mooie reis gehad. Nu snel naar huis, onderweg even een frietje halen en morgen kijken we wel weer verder!

Wil je de ontwikkelingen verder volgen van de Ostara? Kijk dan op https://hugo.buswijller.nl/ostara.